Mensen met een Nederlandse herkomst hebben in verhouding weinig mensen met een andere herkomst in hun netwerk van buren, collega’s, familie, huisgenoten en klasgenoten. Zij leven dus meer gesegregeerd dan mensen met een andere herkomst. Daarnaast is het zo, dat hoe hoger het inkomen, hoe meer gesegregeerd het netwerk is van mensen met een Nederlandse herkomst. Dit blijkt uit een netwerkanalyse van het Centraal Bureau voor de Statistiek (CBS).
De Volkskrant vatte het onderzoek zo samen: Nederlanders met een hoog inkomen en van wie beide ouders hier zijn geboren, bewegen zich het meest in hun eigen bubbel. Zij ontmoeten vooral mensen die op henzelf lijken. De segregatie van deze groep is bovendien toegenomen sinds 2009. Dat hangt ook samen met de toegenomen segregatie in het onderwijs, want daardoor worden de netwerken immers beïnvloed. Segregatie werkt kansenongelijkheid in de hand, zet de democratie en de samenleving onder druk, en leidt tot polarisatie. Actief overheidsbeleid is nodig om te zorgen dat mensen meer in contact komen, aldus socioloog Jochem Tolsma in de Volkskrant. “Bijvoorbeeld door meer brede scholen, een grotere rol voor spreiding bij het woningbeleid, en door in te zetten op het verkleinen van inkomensongelijkheid.” Hij wijst er ook op dat voor integratie twee groepen nodig zijn. Dat geldt ook voor onderwijssegregatie: om meer gemengde scholen te organiseren moeten beide groepen zich actief inzetten.
De herkomstsegregatie is door het CBS onderzocht voor de Nederlandse herkomst (in Nederland geboren, net als hun ouders) en de tien grootste niet-Nederlandse herkomstgroepen in Nederland tussen 2009 en 2020. Mensen met Nederlandse herkomst hebben meest gesegregeerde netwerk | CBS